Wijnterminologie Woordenboek

Ontdek de taal van wijn met onze uitgebreide woordenlijst. Van aciditeit tot zuren - begrijp de termen die sommeliers en wijnmakers gebruiken.

Over dit woordenboek

Wijnterminologie kan intimiderend zijn, zelfs voor ervaren wijndrinkers. Dit woordenboek is ontworpen om je te helpen wijnbeschrijvingen beter te begrijpen, wijnproeverijen met vertrouwen te benaderen, en de nuances en complexiteit van wijn te waarderen. Bookmark deze pagina als een handige referentie voor je wijnreis.

We hebben de meest voorkomende wijntermen georganiseerd in alfabetische volgorde voor gemakkelijke navigatie. Als je een term mist die je graag toegevoegd zou zien, laat het ons weten!

A

A

Aciditeit

De zuurgraad in wijn, die de wijn frisheid geeft. Een essentieel element voor balans en het verouderingspotentieel van wijn.

Afdronk

De smaaksensatie die blijft hangen nadat de wijn is doorgeslikt of uitgespuwd. De lengte en kwaliteit van de afdronk zijn belangrijke indicatoren van wijnkwaliteit.

Appellation

Een officieel afgebakend wijnbouwgebied met specifieke regelgeving voor de verbouwing en productie van wijn. Voorbeelden zijn AOC in Frankrijk en DOC in Italië.

Assemblage

Het mengen van verschillende wijnen om een blend te creëren. Dit kan bestaan uit verschillende druivensoorten, percelen of jaargangen.

B

B

Balans

Een harmonieus evenwicht tussen de verschillende componenten van een wijn (zuren, tannines, alcohol, fruit).

Barrique

Een eikenhouten vat van 225 liter, traditioneel gebruikt in Bordeaux voor het rijpen van wijn.

Body

De gewaarwording van gewicht of volheid van een wijn in de mond. Kan licht, medium of vol zijn.

Botrytis

Een schimmel die 'edele rotting' veroorzaakt op druiven, wat resulteert in geconcentreerde, zoete dessertwijnen zoals Sauternes.

Brettanomyces

Een gist die bepaalde aroma's in wijn kan produceren, variërend van kruidige complexiteit tot onaangename geuren van stal of zweet.

C

C

Cépage

Frans woord voor druivensoort.

Champenoise Methode

De traditionele methode voor het maken van Champagne, waarbij de tweede gisting in de fles plaatsvindt.

Chaptaliseren

Het toevoegen van suiker aan most vóór de gisting om het alcoholgehalte te verhogen, vooral gebruikt in koelere wijnregio's.

Complexiteit

De veelzijdigheid en gelaagdheid van aroma's en smaken in een wijn.

Corps

Frans woord voor 'body' of volheid van een wijn.

Cru

Frans woord dat 'groei' betekent, maar wijst op een wijngaard of gebied dat bekend staat om zijn kwaliteit.

D

D

Decantatie

Het proces waarbij wijn voorzichtig in een karaf wordt geschonken om bezinksel achter te laten of zuurstof toe te voegen (beluchten). Ook wel karafferen genoemd.

Dégorgement

De handeling waarbij het gistbezinksel uit een mousserende wijn wordt verwijderd na de rijping op de fles.

Droog

Een wijn zonder waarneembare zoetheid, waarbij de meeste of alle suikers zijn omgezet in alcohol tijdens de gisting.

E

E

Eiken

Verwijst naar het gebruik van eikenhouten vaten bij de rijping van wijn, wat aroma's van vanille, toast, specerijen of kokosnoot kan toevoegen.

Elevage

Frans woord voor de opvoeding of rijping van wijn tussen fermentatie en botteling.

Enologie

De wetenschap en studie van het maken van wijn.

F

F

Fermentatie

Het proces waarbij gist suikers omzet in alcohol en kooldioxide, waardoor most verandert in wijn.

Finesse

Een term die de elegantie, subtiliteit en verfijning van een wijn beschrijft.

Flor

Een laag gist die zich ontwikkelt op het oppervlak van wijn in vaten, karakteristiek voor de productie van Fino Sherry.

G

G

Grand Cru

De hoogste classificatie voor wijngaarden in bepaalde Franse wijngebieden, met name in Bourgogne en Elzas.

Glycerol

Een bijproduct van fermentatie dat bijdraagt aan de zoete smaak, body en textuur van een wijn.

H

H

Herbaceous

Aroma's en smaken die doen denken aan kruiden, vegetatie of groene planten.

I

I

IGP

Indication Géographique Protégée, een Franse wijnclassificatie die regionale wijnen aanduidt.

J

J

Jeroboam

Een grote fles die gelijk staat aan 4 standaard flessen (3 liter) voor stille wijn of 6 standaard flessen voor Champagne.

Jonge wijn

Een wijn die kort na de oogst wordt gedronken en niet bedoeld is om lang te bewaren.

K

K

Karafferen

Zie Decanteren. Het proces van het gieten van wijn in een karaf voor beluchting of om bezinksel achter te laten.

Kelderpotentieel

Het vermogen van een wijn om gunstig te ontwikkelen en te verbeteren met leeftijd in opslag.

L

L

Lees

De dode gistcellen die na de gisting op de bodem van het vat of de tank achterblijven. Rijping 'sur lie' kan complexiteit toevoegen.

Liquoreux

Franse term voor zeer zoete dessertwijnen.

M

M

Maceratie

Het proces waarbij de druivenschillen, zaden en sap in contact worden gehouden om kleur, tannines en aroma's te extraheren.

Malolactische gisting

Een secundaire gisting waarbij scherpe appelzuren worden omgezet in zachtere melkzuren.

Meritage

Een term voor Amerikaanse wijnen gemaakt van Bordeaux-druivensoorten, meestal als blend.

Millésime

Frans woord voor jaargang, dat aangeeft dat de wijn gemaakt is van druiven die in een specifiek jaar zijn geoogst.

N

N

Nez

Frans woord voor 'neus', verwijzend naar het bouquet of de aroma's van een wijn.

Négociant

Een wijnhandelaar die druiven of most koopt en verwerkt tot wijn die onder zijn eigen label wordt verkocht.

O

O

Oenoloog

Een wijnmaker of wijnexpert met specifieke technische training in wijnbouw en wijnproductie.

Oxidatie

De chemische reactie waarbij wijn wordt blootgesteld aan zuurstof, wat de smaak en kleur kan veranderen.

P

P

Pétillant

Frans woord voor licht bruisend of parelend, minder bruisend dan mousserende wijn.

Premier Cru

Een hoge classificatie voor wijngaarden in bepaalde Franse wijngebieden, een niveau onder Grand Cru.

Persing

Het proces waarbij sap uit druiven wordt geperst na het ontstelen en pletten.

R

R

Reserve/Reserva

Een aanduiding op het etiket die suggereert dat de wijn van hogere kwaliteit is en vaak langer is gerijpt.

Remuage

Het proces van het geleidelijk draaien en kantelen van flessen mousserende wijn om gistbezinksel naar de hals te verplaatsen.

Rosé

Roze wijn gemaakt door beperkt contact met rode druivenschillen of door het mengen van rode en witte wijn.

S

S

Sur lie

Het rijpen van wijn op de droesem of gistbezinksel (lees), wat complexiteit, body en broodachtige aroma's kan toevoegen.

Sulfieten

Verbindingen die aan wijn worden toegevoegd om oxidatie te voorkomen en microbiële stabiliteit te waarborgen.

Structuur

Het raamwerk van een wijn, gevormd door de balans tussen tannines, zuren, alcohol en fruit.

T

T

Tannines

Chemische verbindingen in druivenschillen, pitten en stelen (en eikenhout) die een samentrekkend, droog gevoel in de mond geven. Belangrijk voor structuur en bewaarpotentieel van rode wijn.

Terroir

Het unieke samenspel van bodem, klimaat, topografie en menselijke factoren dat het karakter van een wijn bepaalt.

Tirage

De toevoeging van gist en suiker aan basiswijn om een tweede gisting voor mousserende wijnen te starten.

V

V

Vendange Tardive

Franse term voor 'late oogst', wijnen gemaakt van druiven die later dan gebruikelijk zijn geoogst.

Vinificatie

Het proces van het maken van wijn van druiven.

Vintage

Het jaar waarin de druiven voor een wijn zijn geoogst.

Viticulture

De teelt en verbouwing van druiven voor wijnproductie.

W

W

Wijnsteen

Kristallen van kaliumbitartraat die zich kunnen vormen in wijn, vooral wanneer deze wordt gekoeld. Harmless en een natuurlijk bijproduct.

Z

Z

Zoet

Een wijn met merkbare restsuiker die niet volledig is vergist tot alcohol.

Zuren

Natuurlijke componenten in wijn die frisheid en structuur geven. De belangrijkste zijn wijnsteenzuur, appelzuur en melkzuur.